De gevolgen van een kankerbehandeling hebben gevolgen voor de voedingstoestand van een kind. Sommige kinderen verliezen veel gewicht tijdens de behandeling en lopen het risico op ondervoeding, terwijl andere juist veel aankomen.
Maar hoe gaat het met de kinderen na de behandeling?
Herstelt hun voedingsstatus of zijn de effecten van de kankerbehandeling, zoals overgewicht, blijvend?
Deze vragen stonden centraal in een onlangs gepubliceerd onderzoek.
Voedingsstatus
Verpleegkundig onderzoekers Aeltsje Brinksma en Wim Tissing, kinderoncoloog en hoofd ondersteunende zorg, deden hun onderzoek bij kinderen die oorspronkelijk in het UMCG werden behandeld. Dit was een groep kinderen in de leeftijd van 0 tot 18 jaar met een hematologische aandoening, een hersentumor of een solide tumor.
Aeltsje Brinksma legt uit: “We verzamelden gegevens over de voedingsstatus bij de diagnose en één jaar en zeven jaar na de diagnose. De kinderen werden op deze momenten gemeten, ze vulden zelf of samen met hun ouders vragenlijsten in en hielden een voedingsdagboek bij. Andere gegevens werden verzameld uit de medische dossiers. Op deze manier verkregen we nauwkeurige gegevens over gewicht, lengte, BMI, vet en vetvrije massa en factoren zoals leeftijd, geslacht, type kanker, voedingsinname en lichaamsbeweging.”
Extra gewicht en vetmassa
De gegevens werden geanalyseerd en de onderzoekers stelden significante verschillen vast. Bij kinderen met hematologische kanker en hersentumor bleef de BMI stijgen na het einde van de behandeling. Hierdoor verviervoudigde het percentage overlevenden met overgewicht zeven jaar na de diagnose.
Aeltsje legt uit: “We berekenden dat 27,3% van de kinderen overgewicht had na afloop van de behandeling. Dat is hoger dan respectievelijk 15,5% en 18,6% bij kinderen en jongeren in Nederland. Het verworven extra gewicht en de vetmassa verdwenen tijdens de behandeling, maar niet na het einde van de behandeling.”
Risico op onder- en overgewicht
Een belangrijke conclusie uit dit onderzoek is dat kinderen die zwaarder worden en extra vetmassa ontwikkelen tijdens de behandeling, dit niet verliezen na de behandeling. Factoren die invloed hebben op gewichtstoename of vetmassa zijn het type kanker (hematologische en hersentumor), een lagere BMI bij diagnose en een hogere BMI van de moeder.
Aeltsje Brinksma benadrukt: “Het is belangrijk dat er tijdens de behandeling niet alleen aandacht is voor het risico op ondervoeding, maar ook voor het risico op het ontwikkelen van overgewicht. Hoewel we in het onderzoek geen directe correlatie vonden tussen voedingsinname (veel of ongezond eten) en gewichtstoename, is aandacht voor gezonde voeding en voldoende beweging tijdens de behandeling belangrijk.
Voor kinderen en ouders is dit een moeilijke boodschap. Vooral omdat kinderen soms periodes hebben dat ze geen trek hebben en weinig eten, mogen ze meer ‘ongezonde’ dingen eten, wat heel logisch is. Het is echt een uitdaging om ‘gezond’ te blijven eten als het eten anders smaakt of om te blijven sporten als je je moe en ellendig voelt.”
Vervolgonderzoek
Momenteel wordt in het Prinses Máxima Centrum vervolgonderzoek gedaan waarbij naast de voedingsinname en lichamelijke activiteit ook de stofwisseling van kinderen in kaart wordt gebracht. Dit onderzoek kan nog meer inzicht geven in hoe overgewicht zich ontwikkelt en hoe het voorkomen kan worden.
Comments
Thank you. Comment sent for approval.
Something is wrong, try again later